In de huidige “democratie” is het zo dat mensen die zelf niet de macht, expertise of kennis hebben om een land te regeren, moeten kiezen wie het wel mag doen. Dit niet op basis van kunde en vaardigheid, maar op basis van charisma en sprookjes. Degene die op meest overtuigende manier verhaaltjes kan vertellen, wordt gekozen om het land te regeren. De inhoud van de verhaaltjes is geheel irrelevant, aangezien ze na het kiezen nooit waargemaakt worden. Vervolgens mogen die charismatische verhaaltjesvertellers besluiten wat er gaat gebeuren, en heeft het volk geen keuze dan zich daar bij neer te leggen.
Stel ik heb een hartafwijking, en moet geopereerd worden. Vergeleken met onze huidige democratie, zouden dan verschillende mensen een verhaaltje mogen vertellen. Dit hoeven niet per se cardiologen te zijn, iedereen mag zijn verhaaltje doen. Zij vertellen hun verhaaltje niet aan een groep deskundigen, maar gewoon aan iedereen die maar luisteren wil.
Een cardioloog vertelt dat het meest verantwoord is om een pacemaker in te brengen. Het is een saai verhaal met moeilijke woorden en een uitgebreide risico-analyse, met de voor- en nadelen van de ingreep.
Een andere, jonge cardioloog adviseert ook een chirurgische ingreep, maar wil zijn eigen ontdekking uit gaan voeren. Enthousiast vertelt hij een heel technisch verhaal over de werking van het hart, hoe gepassioneerd hij is over cardiologie, en hoe hij vermoed dat zijn idee er voor kan zorgen dat mijn hart zelf weer goed kan functioneren zonder pacemaker. Hij benoemt niet dat de operatie riskanter is, de resultaten onzekerder zijn, maar wel dat het op de lange termijn de meest duurzame oplossing is.
Een bobo uit de farmaindustrie zegt dat niet de pacemaker het beste antwoord is, maar een van zijn dure medicijnen. Dit zou ik dan van de rest van mijn leven moeten slikken, maar er zijn echt alleen maar voordelen! Bevlogen vertelt hij hoe geweldig zijn medicijn is, hoe fantastisch, hoe revolutionair.
Vervolgens komt er een “gewone man”, net als jij en ik. Hij vertelt vurig over de gevaren van het leven, hoe zijn opa is overleden aan hartproblemen, en hoe de gevaren van hartproblemen om zich heen grijpen. Hij betrekt het publiek in zijn verhaal, zegt ze dat zij vast ook wel mensen kennen met hartproblemen, en het publiek mompelt instemmend. De gevoelens van de mompelende mensen worden versterkt door het besef dat ze niet de enigen zijn die het herkennen, en de emoties worden sterker. Een man roept “ik ben mijn eigen kind verloren door hartproblemen!” en de emoties vliegen als een vloedgolf door de zaal. De “gewone man” speelt in op die emoties, belooft de mensen dat hij een eind zal maken aan hartproblemen en het leed dat daardoor veroorzaakt wordt. Hoe hij dat wil gaan doen wijdt hij verder niet over uit.
Dan is het tijd om te gaan stemmen. 24% van de stemmers valt voor de verkooppraatjes van de big farma-man. 20% stemt voor de gepassioneerde hypothese van de jonge cardioloog. 15% stemt voor de onderbouwde en beargumenteerde operatie van de eerste cardioloog. 16% stemt blanco, hiervan 10% omdat ze geen zin hebben om te kiezen, 5% omdat ze het niet eens zijn met de opties en 1% omdat ze zich beseffen dat zij niet de juiste personen zijn om hier een keuze over te maken. 25% koos voor het sprookje van de “gewone” man. Het overgrote deel beseft zich dat de verhalen van “de gewone man” heel mooi waren, maar dat hij geen daadwerkelijke oplossingen aandroeg. 75 % om precies te zijn. Toch heeft de “gewone man” de meeste stemmen gekregen.
Daar sta ik dan, met mijn hartafwijking, en het volk heeft besloten dat de “gewone man” mijn hartafwijking moet gaan behandelen. Het plan van de beste man is om heel hard te gaan roepen dat mijn hartafwijking weg moet gaan, en anderen op te roepen hetzelfde te doen. Ik besluit in verweer te gaan, te zeggen dat dit niet juist is, dat dit geen oplossing is voor mijn probleem, dat ik geopereerd wil worden. Dat alle stress het probleem alleen maar groter maakt. Hierop krijg ik als reactie dat dit is wat het volk wil, dat dit democratie is. Dat als ik iets anders had gewild, ik iets anders had moeten stemmen. Maar ik had op de eerste cardioloog gestemd, ik wou geopereerd worden. Toch heb ik pech, dit is immers de wil van de meerderheid. Ik geef aan dat dit niet klopt, dat de overgrote meerderheid dit niet wou. Ik geef aan dat de mensen die gekozen hebben, niet de juiste mensen waren om te kiezen. Ik geef aan dat je hartafwijkingen niet oplost door hard te schreeuwen dat ze weg moeten gaan. Als reactie krijg ik te horen dat ik politiek correct ben, en mijn ogen sluit voor het leed dat hartafwijkingen met zich meenemen, omdat ik immers niet wil dat alle hartafwijkingen weg gaan. Ik geef aan dat ik wel het leed van hartafwijkingen zie en erken, dat ik alleen denk dat schreeuwen niet de oplossing is. Ik vraag om een second opinion. Ik vraag of ik niet zelf mag besluiten wat goed voor mij is. Ik vraag om vrijheid om te leven zoals ik denk dat goed is, zolang ik daar verder niemand mee schaad en het binnen de kaders van de grondwet is.
Maar ik word niet gehoord, want dit is immers democratie, dit is vrijheid, dit is wat de meerderheid wil.
En de “gewone man”? Die staat ondertussen alweer over iets anders te schreeuwen. Iets dat nog meer inspeelt op de emoties van het volk. Iets dat nog meer polarisatie en verdeeldheid meebrengt.
Een cardioloog vertelt dat het meest verantwoord is om een pacemaker in te brengen. Het is een saai verhaal met moeilijke woorden en een uitgebreide risico-analyse, met de voor- en nadelen van de ingreep.
Een andere, jonge cardioloog adviseert ook een chirurgische ingreep, maar wil zijn eigen ontdekking uit gaan voeren. Enthousiast vertelt hij een heel technisch verhaal over de werking van het hart, hoe gepassioneerd hij is over cardiologie, en hoe hij vermoed dat zijn idee er voor kan zorgen dat mijn hart zelf weer goed kan functioneren zonder pacemaker. Hij benoemt niet dat de operatie riskanter is, de resultaten onzekerder zijn, maar wel dat het op de lange termijn de meest duurzame oplossing is.
Een bobo uit de farmaindustrie zegt dat niet de pacemaker het beste antwoord is, maar een van zijn dure medicijnen. Dit zou ik dan van de rest van mijn leven moeten slikken, maar er zijn echt alleen maar voordelen! Bevlogen vertelt hij hoe geweldig zijn medicijn is, hoe fantastisch, hoe revolutionair.
Vervolgens komt er een “gewone man”, net als jij en ik. Hij vertelt vurig over de gevaren van het leven, hoe zijn opa is overleden aan hartproblemen, en hoe de gevaren van hartproblemen om zich heen grijpen. Hij betrekt het publiek in zijn verhaal, zegt ze dat zij vast ook wel mensen kennen met hartproblemen, en het publiek mompelt instemmend. De gevoelens van de mompelende mensen worden versterkt door het besef dat ze niet de enigen zijn die het herkennen, en de emoties worden sterker. Een man roept “ik ben mijn eigen kind verloren door hartproblemen!” en de emoties vliegen als een vloedgolf door de zaal. De “gewone man” speelt in op die emoties, belooft de mensen dat hij een eind zal maken aan hartproblemen en het leed dat daardoor veroorzaakt wordt. Hoe hij dat wil gaan doen wijdt hij verder niet over uit.
Dan is het tijd om te gaan stemmen. 24% van de stemmers valt voor de verkooppraatjes van de big farma-man. 20% stemt voor de gepassioneerde hypothese van de jonge cardioloog. 15% stemt voor de onderbouwde en beargumenteerde operatie van de eerste cardioloog. 16% stemt blanco, hiervan 10% omdat ze geen zin hebben om te kiezen, 5% omdat ze het niet eens zijn met de opties en 1% omdat ze zich beseffen dat zij niet de juiste personen zijn om hier een keuze over te maken. 25% koos voor het sprookje van de “gewone” man. Het overgrote deel beseft zich dat de verhalen van “de gewone man” heel mooi waren, maar dat hij geen daadwerkelijke oplossingen aandroeg. 75 % om precies te zijn. Toch heeft de “gewone man” de meeste stemmen gekregen.
Daar sta ik dan, met mijn hartafwijking, en het volk heeft besloten dat de “gewone man” mijn hartafwijking moet gaan behandelen. Het plan van de beste man is om heel hard te gaan roepen dat mijn hartafwijking weg moet gaan, en anderen op te roepen hetzelfde te doen. Ik besluit in verweer te gaan, te zeggen dat dit niet juist is, dat dit geen oplossing is voor mijn probleem, dat ik geopereerd wil worden. Dat alle stress het probleem alleen maar groter maakt. Hierop krijg ik als reactie dat dit is wat het volk wil, dat dit democratie is. Dat als ik iets anders had gewild, ik iets anders had moeten stemmen. Maar ik had op de eerste cardioloog gestemd, ik wou geopereerd worden. Toch heb ik pech, dit is immers de wil van de meerderheid. Ik geef aan dat dit niet klopt, dat de overgrote meerderheid dit niet wou. Ik geef aan dat de mensen die gekozen hebben, niet de juiste mensen waren om te kiezen. Ik geef aan dat je hartafwijkingen niet oplost door hard te schreeuwen dat ze weg moeten gaan. Als reactie krijg ik te horen dat ik politiek correct ben, en mijn ogen sluit voor het leed dat hartafwijkingen met zich meenemen, omdat ik immers niet wil dat alle hartafwijkingen weg gaan. Ik geef aan dat ik wel het leed van hartafwijkingen zie en erken, dat ik alleen denk dat schreeuwen niet de oplossing is. Ik vraag om een second opinion. Ik vraag of ik niet zelf mag besluiten wat goed voor mij is. Ik vraag om vrijheid om te leven zoals ik denk dat goed is, zolang ik daar verder niemand mee schaad en het binnen de kaders van de grondwet is.
Maar ik word niet gehoord, want dit is immers democratie, dit is vrijheid, dit is wat de meerderheid wil.
En de “gewone man”? Die staat ondertussen alweer over iets anders te schreeuwen. Iets dat nog meer inspeelt op de emoties van het volk. Iets dat nog meer polarisatie en verdeeldheid meebrengt.